Oisterwijk is een klein dorp in de provincie Gelderland, ongeveer twintig kilometer ten oosten van Arnhem. In dit kleine plaatsje wonen meer dan 450 fotografen; het is daarmee het dorp met de meeste fotografen van Nederland. De afgelopen eeuw is een periode van grote veranderingen geweest voor de fotografie – en niet alleen omdat we smartphones of Instagram hebben – maar het heeft Oisterwijk ook een interessante plaats gemaakt om te bestuderen. Veel mensen zijn gefascineerd door hoe de fotografie zich in dit ene dorpje heeft ontwikkeld. De eerste fotografenwoning in Oisterwijk werd hier al in 1848 gebouwd. In die tijd was fotografie nog vrij nieuw en niemand wist hoe het goed gebruikt moest worden. Het werd vooral gebruikt als een manier om foto's te bewaren en langer houdbaar te maken. De eerste bekende fotojournalist, Gerrit Vredevelde, woonde hier aan het begin van de twintigste eeuw en fotografeerde bruiloften en geboortes van anderen. Zijn vrouw Jetta Vredevelde werd ook een belangrijke fotografe: zij documenteerde culturele evenementen zoals het Oude IJsselmeerpoortfeest van 1926 tot haar dood in 1948.
De Nederlandse Gouden Eeuw
In de eerste helft van de negentiende eeuw beleefde Nederland een gouden eeuw in de kunst. Dit was ook de tijd dat fotografie een gangbare en geaccepteerde vorm van kunst werd. Nederland was toen een zeer rijk en geïndustrialiseerd land. Op Ceylon (nu Sri Lanka) werd koffie en suiker verbouwd, wat een zeer winstgevende business was. Kunst werd beschouwd als een manier om mensen en de natuur mooier af te beelden. In Nederland ontstond een kunstbeweging die "Rijksbouwmeesters" heette en zich liet inspireren door de oude Griekse en Romeinse culturen. De gouden eeuw van de fotografie in Nederland begon rond 1850 en eindigde rond 1900, toen het nog een vrij nieuwe kunstvorm was.
Fotografie als kunst in de 20e eeuw
In de 20e eeuw ontwikkelde de fotografie zich op allerlei manieren. Het werd steeds toegankelijker voor het publiek, en het gebruik van fotojournalistiek, fotomontage en andere technieken werd onderdeel van de kunstscene. In het begin van de twintigste eeuw werd fotografie vaak gebruikt om oorlog en politieke gebeurtenissen te documenteren. Dit proces hielp de fotografie te veranderen van een instrument dat alleen werd gebruikt om foto's te bewaren, in een instrument dat werd gebruikt om foto's te maken. Een ander proces was de groei van de fotografie als kunstvorm. Dit proces kwam in Nederland op gang tijdens de gouden eeuw en zette zich voort in de twintigste eeuw. Fotografie werd steeds meer geaccepteerd als beeldende kunst.
Oisterwijk en digitale fotografie: hoe nu verder?
Vandaag de dag is digitale fotografie de belangrijkste vorm van fotografie geworden. Hoewel het begin van de twintigste eeuw werd uitgevonden, werd het pas in de jaren vijftig een belangrijke vorm van fotografie. De eerste digitale camera's werden uitgevonden in 1963 en de eerste digitale fototentoonstellingen vonden plaats in het begin van de jaren zeventig. Nu worden de meeste foto's gemaakt met een digitale camera. Digitale fotografie had veel voordelen: het is gemakkelijk om foto's van zeer hoge kwaliteit te maken, en het is gemakkelijk om ze op te slaan en te delen met anderen. Ook kan fotografie erg geautomatiseerd worden: een computer kan veel mooie beelden maken, terwijl mensen maar een klein aantal foto's kunnen maken. Digitale fotografie kan echter ook een probleem zijn: met één druk op de knop kan alles worden gewist en vervangen. Deze fotograaf in Oisterwijk is een bekende fotograaf in Nederland
Conclusie
Fotografie is tegenwoordig een belangrijke vorm van beeldende kunst. Het kan voor vele doeleinden worden gebruikt en neemt veel verschillende vormen aan. Digitale fotografie is de dominante methode van fotograferen geworden, terwijl het gebruik van film voor sommigen een hobby of voor anderen een beroep is geworden. Oisterwijk, met 454 fotografen in het dorp, is een interessante plaats om de geschiedenis van de fotografie te bestuderen. De inwoners van Oisterwijk zijn altijd geïnteresseerd geweest in fotografie, terwijl het dorp zelf de afgelopen honderd jaar niet veel is veranderd.